FARMA TER VERANTWOORDING deel 6
Jan-Koen Sluijs
Mag een farmaceut oneindige winst maken op een medicijn dat door octrooirechten is beschermd? Farma ter Verantwoording vindt van niet.
Stichting Farma ter Verantwoording heeft farmaciegigant AbbVie daarom gedagvaard voor de hoge prijs die zij in rekening heeft gebracht voor haar blockbuster medicijn Humira. Met de hoge prijs heeft AbbVie buitensporige winst gemaakt in de periode dat Humira in Nederland octrooibescherming genoot. Dit heeft in de basiszorg tot onnodige verdringing van zorg geleid en de toegang tot die zorg onnodig beperkt.
AbbVie behaalde met Humira in 2004 tot en met 2018 een omzet van 2,3 miljard euro; het was daarmee het best verkochte geneesmiddel in Nederland. Volgens de stichting heeft AbbVie ons zorgstelsel tot wel 1,2 miljard euro te veel in rekening heeft gebracht.
De stichting heeft een en ander robuust laten doorrekenen op basis van jaarverslagen, onafhankelijke rapporten en hoorzittingen van het Amerikaanse Congres. In die berekening is de kostenzijde van AbbVie ruimhartig genomen, evenals de te verwachten winst als je naar de sector kijkt (nl. 25% van de omzet). De genoemde 1,2 miljard euro was de overige winst. En die is naar het oordeel van de stichting buitensporig te noemen. Dit deel van de winst, dat met premiegelden is betaald, kon niet aan andere zorg worden uitgegeven. Door deze onnodige verdringing van zorg zijn er ruim 16 duizend gezonde levensjaren verloren gegaan én zijn mensenrechten geschonden.
De rechtszaak tegen AbbVie betreft de fundamentele vraag in hoeverre farmaceutische bedrijven volledig vrij zijn om de prijzen van hun geneesmiddelen vast te stellen en te handhaven, of dat daaraan grenzen zijn op grond van het recht.
In de media kreeg de zaak onder meer aandacht in Nieuwsuur en (achter een betaalmuur) de Volkskrant en Financial Times. Zie ook de explainer van de stichting.
De advocaten van Coupry en Hausfeld staan de Stichting Farma ter Verantwoording bij in deze procedure.